Wie houdt van popmuziek, heeft de eigenschap anderen te willen laten meegenieten van de schoonheid ervan. Dat kan uitmonden in eindeloos cd’s opzetten voor vrienden, gejaagd zoekend naar nèt dat nummer waarin al dat moois is samengebald – of erover schrijven, natuurlijk.

Daarachter zit de drang iedereen te willen overtuigen van het bijzondere karakter van akkoordenschema’s of metaforen. Echte   liefhebbers leggen daarbij onvermijdelijk een onstuitbare bekeringsijver aan de dag: de muziek is niet alleen mooi, alle anderen moeten dat óók vinden.

Voor die aficionado’s zijn mooie tijden aangebroken: er zijn meer radiostations dan ooit, die zich bijna alle richten op een specifieke doelgroep.

Op die manier kan bijna iedereen een weliswaar door anderen gemaakte, maar toch hoogst persoonlijke selectie beluisteren. Daarmee lijkt definitief een auditief walhalla te zijn ontstaan, ware het niet dat de gedraaide nummers maar al te vaak willekeurig worden geselecteerd door een voorgeprogrammeerde computer die niet geprogrammeerd is om smaak te hebben, maar om dát te kiezen wat het vleesgeworden gemiddelde van de doelgroep wil.

Vele van deze zenders worden gedreven door radio-ondernemers die jong (en wild?) waren in de jaren zeventig en tachtig. Zij zijn hun radiostations begonnen na uitvoerige bestudering van leerboeken marketing, wellicht nog met een cd’tje zachtjes op de achtergrond om het omgevingslawaai weg te drukken.

Die bedrijven worden beluisterd door hun generatiegenoten, van wie de verwachtingen in hun jonge jaren ongetwijfeld ook hooggespannen waren: de toekomst lag open en alles kon nog. De popmuziek waarmee zij opgroeiden was het op muziek gezette scenario van die verlangens.

Sindsdien zijn de paden echter gebaand en wanneer ze vandaag terugkijken zien ze, ongetwijfeld tot hun schrik, niet alleen hoe die van toen naar nu leiden, maar ook hoe dat uitgesleten spoor van de tredmolen morgen zal lopen, en volgend jaar.

Wat dan ook in één oogopslag duidelijk wordt, is welke dromen niet uitkwamen. Inmiddels hebben ze de betekenis van dat woord vernauwd tot ‘targets’ en natuurlijk: die zullen ze volgend jaar halen, of het jaar daarna. Over vijf jaar laten ze dan de hele boel de boel om te gaan rentenieren en eindelijk te gaan doen wat ze leuk vinden, maar ondertussen komt het er nooit van.

Zo knaagt heimwee aan ze: heimwee naar wat onbereikbaar is en altijd blijven zal, heimwee naar het gevoel dat het leven nog van alles brengen zou.

De doelgroepradio van tegenwoordig biedt dan de perfecte vluchtroute.

Zolang díe muziek klinkt van dát station is het leven bevroren en de tijd onschadelijk gemaakt. De toekomst is niet opeens mínder aantrekkelijk dan ze vroeger was, maar ligt opnieuw open en er zijn vele onbegane paden om uit te kiezen.

Die altijd gewenste motorfiets lijkt opeens weer voor de deur te staan glimmen in plaats van die middenklasse stationcar met lage afschrijving en hoge inruilwaarde, er is opeens geen reden meer om de buik krampachtig in te houden voor de spiegel of haargroeibevorderende shampoo te gebruiken onder de douche, de spieren doen nog elke keer zonder stimulerende medicijnen wat het hoofd belooft en de vrouw in zijn leven fluistert in zijn oor zacht over heel andere dingen dan ‘vuilnisbak’ of ‘boodschappen’.

Dát verklaart de populariteit van de Saai Radio’s van vandaag, of ze nu klassieke rock draaien of arbeidsvitaminen. Ze veranderen voorbije dromen in verlangens, toveren het onvervulde verleden om tot een toekomstvisioen en brengen het vervolgens op maat thuis. Deze auditieve ruis per strekkende meter heeft op de gebruikers dezelfde uitwerking als de stimulantia die onder de strafwet vallen: een gelukzalig gevoel veroorzaakt door euforische visioenen, dat aanhoudt zolang regelmatig een dosis wordt genomen.

Bij deze gedroomde emotionele hoogtepunten worden muzikale pieken en dalen echter zorgvuldig vermeden. Zo worden te hoge of te lage geluidsfrequenties uit de gedraaide nummers gefilterd en wordt het tempo van nummers kunstmatig opgeschroefd, omdat een bepaalde hoeveelheid beats per minute automatisch nu eenmaal nét een iets optimistischer gemoedstoestand oproept dan het originele nummer.

Dat is de letterlijke uitwerking van de bedrijfsfilosofie om te extreme gevoelens van vreugde of verdriet af te vlakken. Veel andere groepen en artiesten worden trouwens simpelweg nóóit gedraaid: die passen ook na kleine aanpassingen niet binnen het gehanteerde format van geruststellende verdoving.

Zo wordt popmuziek gereduceerd tot heimweemuziek die slechts omziet naar een bekend, maar nooit beleefd verleden en zo doet men de popmuziek tekort.

Geplaatst in Heaven no. 22, januari-februari 2003/no. 1