Rootsy alleskunner.
De labelbaas, producer, gitarist en zanger Steve Dawson moet bijna voortdurend in de studio en op het podium te vinden zijn. Zo produceerde hij in zijn eigen studio voor zijn eigen label onder meer cd’s van Kelly Joe Phelps, the Sojourners plus de laatste vier cd’s van Jim Byrnes, terwijl hij op die platen ook meespeelde en met hem op tournee gaat. Daarnaast maakte hij sinds 1998 vijf cd’s als lid van een groep en is dit zijn vijfde solo-cd.
Dat de in eigen land onder meer met vijf Juno’s beloonde Canadees inmiddels tot de internationale rootstop hoort, maken echter ook zijn twaalf nieuwe songs duidelijk.
Vanaf de swingende opener Torn And Frayed combineert Dawson in zijn vaak opvallend soepele songs invloeden uit blues, rootsrock en country met bepalende solo’s op elektrische, slide-, steel-, resonatorgitaren en banjo.
Begeleid door Chris Gestrin (orgels) Keith Lowe (bas) en Geoff Hicks (drums), die ook op Jim White’s recente Everywhere West meespeelden, zingt hij in zijn fraai afgeronde, soms bijna poppy melodieën laconiek. Die zang vormt een opvallend contrast met zijn expressieve gitaargeluid en Gestrin’s gruizig trekkende en scheurende orgel, dat als tweede solo-instrument fungeert. Ook drie verschillende achtergrondzangeressen zorgen voor contrast met zijn weliswaar effectieve, maar soms bijna onverschillig klinkende zegzang.
Het is een opvallend detail op een veelzijdige en bovendien prachtig geproduceerde cd waarmee Dawson slaagt voor zijn zoveelste meesterproef.
***1/2
Gepubliceerd op www.popmagazineheaven.nl bij Heaven no. 73, juli-augustus 2011/no. 4