www.michellewhitemusic.com

Op eigen benen.

Hoe lang moet Michelle White bij het zich voorstellen nog ‘ja’ zeggen op de vraag of zij de-dochter-van is? Dit is na Memphis immers de tweede van Tony Joe’s dochter, die voorlopig alleen in Frankrijk succes heeft. Niet zulke gekke jongens, die Galliërs, want ook Belgische bluesdiva’s Beverly Jo Scott en Axelle Red zijn er al langer geliefd.

White’s twaalf nieuwe songs zullen haar populariteit daar vast vergroten, want zij combineert lui swingende rhythm ’n blues met intieme ballads. Haar band met lokale musici bezorgt ook deze White een rootsy geluid, ingeleid met een krakende naald in een groef, zo knipogend naar analoge dagen.

De cd weerspiegelt dat, want die werd in drie dagen opgenomen in het ouderlijk huis met vader als gitarist en sfeermaker en broer Jody achter de controletafel. Daar speelden White en haar band die typische Zuidelijke, lome ritmes die schijnbare eenvoud aan effectiviteit paren. Naar digitale standaarden drumt Jack Bruno wel erg losjes, maar hij laat zo ruimte voor de staande bas spelende Joey Zimmerman, die die gaten gretig knorrend vult. Daaroverheen zweven Ollie Marland’s toetsen, papa White’s gitaar en Gary Myrick’s slide, terwijl verder regelmatig een percussionist en twee blazers opduiken.

Op die kamerbrede grooves trekt en buigt Michelle White uptempo en in de ballads zingend  haar eigen woorden naar zich toe, van het  funky Take Me Down tot de toegift: het ontroerende, aan haar dochter opgedragen liefdesliedje Josephine. Nu het applaus nog.

***1/2

Gepubliceerd op www.popmagazineheaven.nl bij Heaven no. 42 , mei-juni 2006, no. 3