Big Pink Music 472/8809270024769

als twee druppels….

Toen in 1973 het naamloze, tien nummers tellende debuut van Lyndsey Buckingham en Stevie Nicks verscheen, flopte het album vrijwel direct en werd het duo door Polydor gedropt, hoewel het goed in de folkrocktrend van dat moment paste. Misschien dat de twee daardoor altijd een rerelease hebben tegengehouden, zodat alleen de originele lp van destijds sporadisch verkrijgbaar leek.

Desondanks is de cd-versie moeiteloos te koop via de site van het Nederlandse Shiny Beast. Die werd namelijk in 2017 goed verzorgd uitgebracht op een Koreaans label compleet met meespelende muzikanten, teksten én met maar liefst elf extra nummers: zes outtakes, twee singleversies van nummers van het originele album en drie livesongs van een optreden in het Australische Adelaide, waaronder een rockender versie van ‘Rhiannon’ dan die van Fleetwood Mac’s naamloze album elfde uit 1975.

Van die groep werd het tweetal immers lid nadat gitarist Bob Welch die verliet in december 1974. Hoewel Mick Fleetwood naar verluidt na het horen van ‘Frozen Love’ alleen Buckingham als gitarist wilde inlijven, stond de laatste erop dat ook zijn vriendin deel zou uitmaken van de jaren daarvoor weinig succesvolle, van oorsprong Engelse bluesgroep met een groots verleden.

Fleetwood was op Buckingham attent gemaakt door producer Keith Olsen, die de twee ontdekt had in de groep Fritz (1968-1971) en ze daaruit vervolgens had losgeweekt: hij vond niet alleen hun stemmen mooi kleuren, maar zag ook brood in hun schrijftalent.

Hij huurde voor dit debuut dan ook sessiegrootheden in als drummers Jim Keltner en Ronnie Tutt, bassist Jerry Scheff, gitarist Waddy Wachtel en percussionist Jorge Calderon, hoewel Buckingham behalve gitaar ook bas en percussie speelde.

Natuurlijk springen de stemmen van Nicks en Buckingham er vanaf het allereerste begin van opener ‘Crying in the Night’ uit, zowel individueel als in hun kenmerkende samenzang, en is ook Buckinghams gitaarstijl al gevormd.

Veel van deze songs werpen echter bovendien hun schaduwen qua klankkleur en opbouw opvallend vooruit naar Fleetwood Mac-albums als die naamloze elfde, maar ook naar opvolgers ‘Rumours’ en ‘Tusk’:

Buckingham’s instrumentale liefdesverklaring ‘Stephanie’ blijkt een volwaardige voorstudie van ‘The Chain’, terwijl ‘Don’t Let Me Down Again‘ klinkt als de voorvader van ‘Second Hand News’. Nicks door Buckingham gezongen ‘Crystal’ werd zelfs opnieuw door Fleetwood Mac opgenomen voor dat naamloze album, terwijl de bas in ‘Lola (My Love)’ doet denken aan de dwarse solosongs die Buckingham op ‘Tusk’ zette en het nummer een loopje heeft dat de basis werd voor ‘Never Going Back Again’.

Ook enkele outtakes hadden zo op een van die drie succesalbums kunnen staan: ‘The Sorcerer’ is zo’n typsiche Nicks-ballad met een repeterende riff en haar neuzelige zang die in een onheilspellende sfeer resulteren en ‘Garbo’ een ballad die verlangen en spijt combineert.

Zo bewijst dit debuut onafwendbaar hoeveel de hitmachine Fleetwood Mac dat folkrockduo uit Palo Alto verschuldigd is.

***1/2