Funky aanklacht.

Mac Rebennack liet zich zelden inspireren door politiek. Een uitzondering was in 1969 Babylon, zijn tweede lp, maar daarna creëerde hij zijn eigen universum. Middelpunt was altijd het New Orleans van voor Katrina.
Op het kort na de overstroming verschenen Sippiana Hericane bezong Rebennack in zeven verweven nummers zijn verdriet. Zijn boosheid uitte hij daarna in incidentele songs met Tab Benoit’s Voices Of The Wetlands. In deze dertien songs ontlaadt die woede zich bijtender dan ooit. Deze zelfbenoemde “samurai of the holy lost cause” knauwt minachtend over wetteloze privébeveiligers na de storm en de moedwillig te kort schietende overheden. Ook bezingt hij vol spijt de uitzichtloosheid van de verdrevenen én van wie terugkwam maar alsnog opgaf.
Met Herman Ernest III – drums, David Barard – bas en John Fohl – gitaar richt Rebennack echter ook een rijk en elegant monument op voor de in de steek gelaten stad die hij al zo lang zo prominent vertegenwoordigt. Twaalf keer funkt en groovet het viertal schijnbaar moeiteloos en één keer spelen ze een rhythm ‘n’ blues-ballad. Scherp gearrangeerde blazers splijten én verdiepen die toch al complexe ritmes nog eens.
Eric Clapton, Ani DiFranco en Terence Blanchard vullen sfeervol aan, maar overheersen niet. Dat  doet Willie Nelson helaas wel, die karakteristiek vals tekort komt in Bobby Charles’ Promises, Promises, maar aan die beloften hield de politiek zich tenslotte ook niet.

****

Gepubliceerd in Heaven no. 56, september-oktober 2008/no. 5